“Mik hoog, of het nu om je wiskundeonderwijs gaat of je artistieke vorming”

Het nieuwe vak MEAV (Maatschappelijke, Economische en Artistieke Vorming) dat vanaf 2021 de artistieke vakken moest vervangen, werd niet warm onthaald. Op het Paridaensinstituut grepen enkele leraren de kans om een ambitieus, maar waardevol alternatief uit te werken voor relevant kunstonderwijs. Nu MEAV weer op de schop gaat, blijft de vraag volgens leraars Els Vanvolsem en Piet Creten: wat is goed artistiek onderwijs? En hoe ga je daarmee aan de slag?

Wat was de aanleiding om jullie lessenpakketten om te gooien?

Piet Creten: “De concrete aanleiding was de invulling van de hervorming van de tweede graad binnen het Katholiek onderwijs. In het vak MEAV gooide men maatschappelijke, economische en artistieke doelstellingen samen in heel weinig uren. Daar kwam veel protest tegen, dus gingen we op zoek naar een goed alternatief.”

Els Vanvolsem: “De open brieven of petities tegen de hervorming getuigden van grote ambities. Kunstonderwijs kan leerlingen zelfstandig laten worden, breed en oplossingsgericht doen denken, zelfvertrouwen geven, enzovoort. Maar hoe doe je dat met 1 uur per week gedurende 1 jaar, zeker als je daarin ook nog maatschappelijke en economische doelstellingen moet realiseren?”

“Al snel bleek dat we toch een halve dag per week nodig hadden om op een meer doordachte manier met kunstonderwijs bezig te zijn.”

Piet Creten

Hoe zijn jullie binnen dit kader aan de slag gegaan?

Piet Creten: “Stel dat je die ambities echt wil realiseren, wat is dan een goede context? Wat hebben we minimaal nodig? Al snel bleek dat we toch een halve dag per week nodig hadden om op een meer doordachte manier met kunstonderwijs bezig te zijn.”

Els Vanvolsem: “We hadden 1 uur voor MEAV, maar met een complementair uur en een uur Nederlands erbij, werd dat 3 uur per week in het derde jaar en 2 uur in het vierde. Als je de leerplannen naast elkaar legt, merk je dat er veel raakvlakken zijn tussen de verschillende vakken. Door een kunstvak in te bedden in een groter geheel, wordt het relevanter.”

Piet Creten: “MEAV is dus ook gekoppeld aan doelstellingen Nederlands. Dat is vanuit taalbeleid interessant omdat je ook heel wat communicatieve doelstellingen kan realiseren in een zinvolle context, los van de artistieke doelstellingen in het vak Nederlands, zoals theater en poëzie.”

“MEAV zijn lessen waar 20 dingen tegelijk bezig zijn. Als een soort bijenkorf: iedereen weet wat hij moet doen en kan rondgonzen.”

Els Vanvolsem

Wat zijn de sleutels om dit concept te doen slagen?

Piet Creten: “Ons belangrijkste uitgangspunt is dat kunst relevant is, op persoonlijk en maatschappelijk vlak. Dat is niet hetzelfde als onmiddellijk nuttig, dus je moet samen met leerlingen zoeken naar waar die relevantie zit. We vertrekken bij het ontwikkelen van ons materiaal altijd van een maatschappelijke, filosofische of economische vraag. Kan kunst de wereld verbeteren? Kan kunst je genezen? Hoe geef je in kunst uitdrukking aan je identiteit? Waarom is het interessant om de geschiedenis van je school te kennen? Hoe maak je een operavoorstelling?”

“Vanuit de doelstellingen Nederlands werken we ons in de materie in. Kunst gaat altijd ergens over. We lezen artikels over armoede, zoeken cijfers over migratie of eenzaamheid, werken ons in in kunstenaars die maatschappelijk relevante kunst willen maken en stellen kritische vragen.”

Els Vanvolsem: “Als je een halve dag per week hebt, kan je met leerlingen een antwoord zoeken op die vragen. Je kan daar mensen van buitenaf bijhalen met workshops en lezingen. We trekken naar De Munt, maken een armoedewandeling of laten een ceo van een bedrijf dat glasramen maakt komen getuigen over hoe je binnen zo’n niche rendabel kan zijn.”

“Het is een beetje tegen de maatschappelijke stroom in zwemmen. Het blijft een zoektocht.”

Piet Creten

Is het niet erg ambitieus voor een leraar om telkens zo’n grote projecten op poten te zetten? Wat zijn de grootste uitdagingen?

Piet Creten: “De context is niet makkelijk. Maatschappelijk is artistieke vorming niet iets waar veel mensen waarde aan hechten. Dat voelde je ook aan de leerplannen, waarin men artistieke doelen samen gooide met maatschappelijke en economische doelen, zonder daar verbanden tussen te leggen.”

“Je hebt ook een ambitieus team nodig dat vertrouwen en ondersteuning krijgt, zelf materiaal ontwikkelt en vanuit eenzelfde visie werkt over vakken heen. In het begin is het dus veel meer ploeteren dan wanneer je werkt met een geïsoleerd uurtje PO of MO, maar op den duur kan je wel veel verder springen.”

 

Welke concrete projecten zijn hier al uit voortgekomen?

Els Vanvolsem: “Ik wilde met mijn leerlingen onderzoeken hoe een creatieproces verloopt, van concept tot product. Ik heb 16 jaar in de Muntschouwburg in Brussel gewerkt, waar 500 medewerkers moeten samenwerken. De ideale casus dus voor dit project.”

“De leerlingen kregen een kaartje met een van de ontelbare beroepen binnen de operawereld. Ze vormden verschillende teams, bijvoorbeeld team decor met metaalbewerkers, houtbewerkers, schilders… of een team kostumering. De teams stelden zich aan elkaar voor, zodat iedereen op het einde van die les wist wat zo’n creatief bedrijf allemaal doet.”

“Daarna onderzochten we het tijdspad. 3 jaar voor een voorstelling weet de directeur wat op de planken komt. Decor- en kostuumontwerpers starten al, maar het kostuumatelier focust op wat er 3 dagen later op til staat. Wie doet wat wanneer en hoe werken ze samen? We trokken ook naar de Munt, waar de leerlingen een rondleiding kregen.”

Els Vanvolsem: “Tot slot volgt een uitdaging: een regisseur wil iemand laten verdrinken op de scène, maar de decorontwerper geeft je enkel een blanco scène met 5 cm modder. Voor de rest is er niets. Hoe los je dat op? In hun plan van aanpak moeten de leerlingen laten blijken dat ze inzicht hebben in de werking en in de mogelijkheden van zo’n theater. Het is ook fijn dat ik kan vertellen hoe ze dat concreet in De Munt hebben opgelost.”

“Dat wil ik terug meer in onderwijs: ruimte creëren voor wat er bovenuit stijgt.”

Els Vanvolsem

Piet Creten: “Wanneer we onderzoeken of kunst de wereld kan verbeteren, werken leerlingen zich in de thematiek in op basis van teksten en tal van voorbeelden uit alle mogelijke kunstvormen. We stellen kritische vragen: is het niet gewoon een manier om jezelf als kunstenaar in de markt te zetten? Verandert de wereld ook effectief dankzij kunst? Dat is op zich al een heel boeiend gesprek om met leerlingen te voeren.”

Els Vanvolsem: “Een extra plus is dat je hen een soort eigenaarschap geeft ten opzichte van de school. Ze eigenen zich een klein stukje gebouw toe.”

“Een muur waar je zelf een kunstwerk op gezet hebt, daar plak je minder snel kauwgum tegen.”

Els Vanvolsem

Els Vanvolsem: “Het project ‘Kan kunst genezen?’ is er eentje in samenwerking met Dijlehof, het woonzorgcentrum hiernaast. Wat doet samen iets creëren met een mens? Dat interrelationele aspect willen we onderzoeken.”

“Door corona mochten we de voorbije jaren niet fysiek naar het woonzorgcentrum. Dit jaar hebben we hoge ambities. We willen een aantal bewoners naar hier halen en een aantal leerlingen naar daar laten gaan. Elke klas zal verantwoordelijk zijn voor een volledige activiteit.”

“Kunst is een manier om mensen met elkaar te verbinden. Het is een insteek om mensen een beter gevoel te geven; om zin te geven aan het leven, op alle mogelijke leeftijden.”

Piet Creten

Wat willen jullie graag nog meegeven over jullie ervaringen?

Piet Creten: “In de herwerkte leerplannen verdwijnt MEAV. Maar de vraag blijft relevant: wat is goed artistiek onderwijs? Hoe wil je dat invullen? En ben je tevreden met aparte uurtjes PO of MO? Het materiaal en de aanpak kunnen inspireren voor 1 project of om op grotere schaal eens na te denken over hoe je het wil aanpakken.”

Els Vanvolsem: “Het veranderingsproces blijft relevant. We kregen van bovenaf iets nieuws opgelegd en zetten dat naar onze hand. Veel scholen staan nu weer voor diezelfde denkoefening: hoe gaan we die puzzel leggen? Hoe kan je als leraar en als leerkrachtenteam iets in handen nemen en vorm geven, vertrekkende vanuit de ambities en talenten die in je team zitten? En dat staat ook los van het kunstonderwijs. Neem initiatief en mik hoog, of het nu om je wiskundeonderwijs gaat of je artistieke vorming.”

Tekst: Emmelien Monnens

Dit interview kwam tot stand in het kader van onze Schoolreis die we op vrijdag 10 maart 2023 samen met UCLL organiseerden. Wil je graag meer inspiratie opdoen? Lees hier meer schoolvoorbeelden.