Eva Van de gaer

Coördinator SOM

“Ik wil mee het verschil maken in de scholen zelf.”

SOM heeft een nieuwe coördinator. Na een korte opwarming de afgelopen weken staat ze te popelen om actief met het Leuvense onderwijsnetwerk aan de slag te gaan.

Je bent kakelvers in het SOM-team. Wat deed je voordien zoal?

Sinds 2016 werkte ik voor EPOS als coördinator van Europass binnen Erasmus+. De bedoeling van Europass is de competenties die leraren of leerlingen verwerven bij Europese leer- en werkervaringen zwart op wit te zetten. Leraren volgen bijvoorbeeld nascholing in andere landen of doen er aan jobshadowing.

Veel mensen weten niet dat Erasmus+ ook voor het secundair onderwijs bestaat. Ik kwam voornamelijk in contact met bso/tso-scholen en zag de mogelijkheden en effecten van die buitenlandse ervaringen op de leerlingen en leerkrachten. Dankzij Erasmus+ kan je heel wat unieke stages aanbieden. In hotel- of koksopleidingen draaien leerlingen mee als sommelier in wijnkelders in Frankrijk. Bij modeopleidingen kan dat in modehuizen in Parijs.

Daarna krijgen ze een certificaat dat ze kunnen gebruiken in hun verdere loopbaan. Er zijn mooie verhalen van leerlingen die dankzij die erkenning een job vinden en een extra troef hebben op de arbeidsmarkt.

Wat neem je mee uit die ervaring voor je werk bij SOM?

Het mooie aan Erasmus+ zijn de projecten tussen scholen in verschillende landen. Ze kunnen zo over het muurtje kijken, hun blik verruimen en leren van elkaar. De link met SOM is evident, want dat is exact wat SOM wil doen binnen de Leuvense context. Zo hoeft niet iedereen telkens opnieuw het warm water uit te vinden.

Een andere link is dat we bij EPOS veel netwerkevents opzetten om scholen samen te brengen rond bepaalde thematieken. Dat was vaak de eerste aanzet voor een nieuw project. Voor mijzelf is het dus een naadloze overgang.

Je werkte ook 2 jaar in Australië. Hoe was dat?

Het was voor mezelf een kans om mijn vleugels uit te spreiden. Met een internationaal team van experts analyseerden we de resultaten van het Pisa-onderzoek. In zo’n stimulerende omgeving merk je pas hoeveel je kan leren van andere landen. We zitten soms vast in ons eigen systeem. Kijken naar hoe andere landen het aanpakken, geeft een frisse blik op wat er nog allemaal kan.

Ik werkte daarna 5-6 jaar als strategische beleidsondersteuner bij het Departement Onderwijs en Vorming, maar meer en meer voelde ik toch dat ik de vertaalslag wil kunnen maken naar de praktijk. Ik wil mee het verschil maken in de scholen zelf.

Wat trok je aan in het Leuvense onderwijsnetwerk?

Beleidsmatig werk en onderzoek zijn ontzettend belangrijk. Je moet weten waarover je spreekt, maar ik miste de connectie met het echte werkveld. Bij EPOS proefde ik al van het plezier om samen met leraren zaken uit te werken en te kunnen vertrekken vanuit de issues waar leraren mee zitten.

Bij SOM kijk ik in het bijzonder uit naar de labo’s, de experimenten die we samen met scholen opzetten. Dat uitproberen is heel belangrijk. Vanuit mijn onderzoeksachtergrond zit daar ook mijn expertise.

Het mooie aan het Leuvense onderwijsnetwerk is dat onze scholen en partners elkaar vinden in hun gezamenlijke uitdagingen en daar concreet rond samen willen werken over netten en muurtjes heen. Dat vraagt best wel wat engagement en investering, maar uiteindelijk rendeert die kruisbestuiving voor iedereen.

Leuven biedt ook een unieke setting, met de universiteit, hogeschool, start-ups, initiatieven als maakleerplek en hoogtechnologische bedrijven zoals Imec. Hier liggen zo veel mogelijkheden die we nog veel meer kunnen benutten en die we zoveel mogelijk in de verf moeten zetten, zodat we onze leraren een context bieden waarin ze kunnen floreren.

Wat maakt voor jou het beroep van leraar zo mooi?

Leraren hebben een maatschappelijk belangrijke functie, die soms toch wat ondergewaardeerd wordt. Ze hebben enorm veel impact op kinderen. Zoveel mensen herinneren zich een leraar die hen passioneerde voor een onderwerp. Bevlogen leraren, mensen met passie, maken het verschil.

Het zijn ook onze leraren die het als eerste zien dat er iets niet goed loopt. Ze spelen dus ook een belangrijke rol in het welzijn van jonge mensen.

Wat kan er volgens jou anders in onderwijs?

Binnen de thematiek van het lerarentekort kan het idee van wat een leraar is, ook op andere manieren worden ingevuld. We kunnen veel meer mensen deeltijds of voor een bepaalde periode als leraar inschakelen. Laat ons aan specifieke beroepen of artiesten vragen enkele uren per week les te geven. Vergelijk het met gastdocenten aan universiteiten. Die brengen veel binnen. Dat is zowel voor leerlingen als leraren inspirerend.

Binnen de huidige regelgeving kan er ook meer dan scholen soms beseffen. Denk aan de verschillende organisatiestructuren die een school kan hebben. Meer en meer scholen beginnen daarmee te experimenteren. Daar ligt nog een groot potentieel om meer uit ons onderwijs te halen.

Waarvoor mogen onderwijsmakers jou contacteren?

Ik hoop dat onze scholen SOM vinden vanuit hun vragen en uitdagingen. De meeste steden hebben geen netwerk zoals SOM, dus maak er gebruik van zoveel je kan. Daar wil ik mee het gezicht van zijn. Spreek me aan, bel ons, mail ons, laat het zo laagdrempelig mogelijk verlopen. We willen horen wat jullie noden en vragen zijn.

De Leuvense context is een ontzettend boeiende speeltuin, waar veel mogelijk is. Dus genoeg gepraat, let’s go for it!